Project ‘van koffiedik tot knolselderij’
Hoe worden we echt circulair? Oftewel: hoe benutten we ons restsubstraat optimaal?
Iedere week oogsten wij vele kilo’s paddenstoelen. Die paddenstoelen groeien op reststromen, meestal koffiedik. En na het oogsten is die reststroom niet ineens verdwenen. Het is echter geen koffiedik meer. De schimmels van de paddenstoelen hebben de voeding uit de organische reststromen gebruikt om op te groeien en mooie paddenstoelen te maken. Wat overblijft is organisch materiaal dat wij tot nu toe in onze moestuin gebruikten. Omdat we merkten dat dat best mooie resultaten gaf en we perfecte groenten oogstten werden we nieuwsgierig. Wat zou de potentie van dit rest-substraat zijn?
Omdat ons bedrijf is gevestigd op grond van de Universiteit Utrecht, binnen de Botanische Tuinen hebben we korte lijntjes met onderzoeksgroepen en studenten. Er kloppen ook regelmatig studenten bij ons aan met de vraag of ze onderzoek mogen doen bij ons. En omdat wij altijd op zoek zijn naar manieren om interactie te hebben met de stad hebben we dit samengevoegd tot een ontzettend leuk project: van koffiedik tot knolselderij.
We starten begin 2020. En zoals we allemaal weten was dat niet de perfecte tijd om een project met veel interactie en overleg te starten. Sterker nog: onze planning was om in 2020 1500 scholieren kennis te laten maken met het door ons ontwikkelde onderwijsmateriaal over het circulair kweken van paddenstoelen. Met een beetje vertraging is dat uiteindelijk wel gelukt. Dankzij een heleboel enthousiaste leerkrachten dat met ons materiaal aan de slag ging.
De belangrijkste vraag van ons project was hoe we ons rest substraat gericht kunnen gebruiken binnen lokale voedselproductie. Dus je haalt een reststroom (koffiedik) uit de stad, brengt dat naar een paddenstoelenkwekerij aan de rand van de stad, de paddenstoelen worden in de stad opgegeten en het rest-substraat gaat nog iets verder de stad uit. Als voeding voor lokale groenten, waarna die groenten uiteindelijk weer terugkomen in de stad. Een dubbel circulair voedselproductiemodel waarbij je de bodem ook verrijkt en de lijntjes kort zijn.
En die bodem is cruciaal als we met z’n allen gezond, lokaal en toekomstbestendig willen eten. Daarom was dat ons uitgangspunt. We hebben monsters genomen van onze bodem en een drietal studenten hebben op basis van die monsters een onderzoek gedaan.
Ellen Manders heeft gekeken naar ons restsubstraat en hoe dat een rol kan spelen in het (op)kweken van tomaten. Een veel gekweekt gewas in Nederland. Zij ontdekte dat het opkweken van tomaten in gecomposteerd rest-substraat erg goed gaat. In haar testopstelling zag ze dat tomatenplantjes beter groeiden en sterker werden dan in normale zaai- en stekgrond.Vervolgens is Zander Teplitsky verder gegaan met de onderzoeksresultaten van Ellen. Zander is nog een stapje dieper de bodem in gegaan. Hij heeft het restsubstraat laten composteren en heeft gekeken naar wat er precies gebeurt als het substraat composteerd word en welke vorm van compostering de beste resultaten oplevert. Zijn bevindingen waren heel interessant.Ten slotte heeft Hessel heel gericht gekeken naar welke gewassen goed groeien op substraat. Hij heeft verschillende proefveldjes ingericht op moestuin Vollenhoven in de Bilt. Zo heeft hij rode kolen, spitskool stokbonen, mosterdzaad en XXX laten groeien in gewone en grond en in (gecomposteerd) substraat. Hij ontdekte dat op de slabonen na alle gewassen beter groeiden in het substraat dan in de gewone grond. En de reden dat de slabonen minder goed groeiden was omdat er slakken onder het substraat zaten en zich te goed deden aan de jonge plantjes waardoor ze vertraging opliepen.Parallel aan dit onderzoek hebben 1500 basisschool leerlingen en 500 middelbare scholieren gewerkt met door ons en in samenwerking met Stichting Technotrend ontwikkeld lesmateriaal. De basisschool leerlingen hebben paddenstoelen gekweekt op het koffiedik uit de lerarenkamer.Tegelijk leerden ze over schimmels als afvalverwerkers in de natuur, over paddenstoelen en circulaire economie. Na het oogsten en opeten van de paddenstoelen hebben ze nagedacht over het substraat en hoe dat nog een functie kan hebben die opnieuw circulair is. Hierdoor leren ze kinderen dat je afval ook anders kan zien en hoe een circulaire economie eruit kan zien.Daarnaast hebben wij op onze kwekerij in de Botanische Tuinen duizenden tomaten gekweekt op het substraat en verwerkt in tomatensaus. Dat had niet zoveel met het onderzoek te maken maar was wel heel erg leuk. Leuk detail: Een deel van de tomaten hebben we gedroogd, tot poeder vermalen en uitgedeeld tijdens het slotevenement van dit project.
Onderdeel van dit project is het ontwikkelen van een prototype van de Mini Fungi Factory. Een mobiele kast waarin op locatie paddenstoelen gekweekt kunnen worden op koffiedik. Wekelijks kan daar koffiedik in worden gedaan, paddenstoelen geoogst en natuurlijk substraat uit gehaald. Dat substraat kan dienen in een (kruiden)tuintje. Deze kasten hebben inmiddels op Hoog Catharijne, Seats2Meet en GreenHouse restaurant gestaan. En in onze kwekerij op de Botanische Tuinen is een uitgebreide versie te bewonderen waarbij de wormenbakken van de compostier het substraat verwerkten tot supercompost.We hebben ons project afgesloten met een geweldig evenement. Een open dag waar alle betrokken partijen en geïnteresseerden uitgenodigd waren, we hebben de resultaten officieel gepresenteerd en iedereen kreeg een rondleiding, circulaire snacks en een presentje mee naar huis. Wij kijken met trots terug op een prachtig project.Dit project heeft plaatsgevonden tijdens de Covid pandemie. Het was best lastig om alle doelen te behalen maar we hebben super waardevolle resultaten weten te behalen. Voor ons en voor de stad. De volgende stap is dit allemaal in de praktijk brengen. Dus niet in een onderzoekssamenstelling maar in een agrarische vorm. Een kwekerij waar voedsel word geteeld binnen een kringloop systeem. Dus paddenstoelen, groenten, fruit, kruiden en plantaardige eiwitten. Allemaal voor mensen en binnen een sociale context.
Wij kunnen dit project doen door steun van de Provincie Utrecht en het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling, via het Europese subsidiefonds LEADER. Utrecht Oost. Meer weten over hun projecten? Kijk op: www.leaderutrechtoost.nl