Gunter Pauli is beroemd geworden met zijn boek de Blauwe Economie. Hierin beschrijft hij 100 voorbeelden van business cases geïnspireerd op de natuur. Enkele voorbeelden van de honderd projecten zijn het kweken van paddenstoelen op pulp uit de koffiebonen teelt, het gebruiken van slachtafval in de wormenteelt, waterdamp opvangen op de manier zoals de Namibische woestijnkever dat doet en het efficiënter opwekken van zonneenergie volgens het proces van fotosynthese. Naast dat we technieken kunnen afkijken en inspireren op de natuur kunnen we ook kijken naar de kringlopen van de natuur.
In de natuur bestaat namelijk geen afval. Wat het ene organisme uit- of afscheid is een grondstof voor een ander organisme. Planten zijn spil in de meeste natuurlijke kringlopen, alleen planten kunnen namelijk de energie uit de zon omzetten direct gebruiken als energie voor hun organisme. Daarna wordt de plant opgegeten (door dieren) of verteerd (door schimmels) en wordt die energie weer doorgegeven. Schimmels zijn vaak de afvalverwerkers van de natuur. Ze groeien op organisch afval, vermeerderen zich, en planten zich voort door middel van een vruchtlichaam. Dat vruchtlichaam noemen wij een paddenstoel. Paddenstoelen zijn vaak eetbaar (niet altijd door mensen), heel lekker en super eiwitrijk.
Wij benutten de afvalverwerkende eigenschap van schimmels door oesterzwammen te kweken op afvalstromen van verschillende industrieën, zoals koffiebranders, koffiedrinkers en meubelmakers. Hoe? Klik hier.